19092695_s beurs in 2014Het beursjaar 2014 is begonnen met wisselende resultaten. Meestal is de eerste beursdag een goede maar dit jaar maakten vooral de indices in de VS een valse start. Tegenvallende cijfers in China en een flink opgelopen beurs tijdens de feestdagen werden als oorzaak gezien. Hoewel veel beleggers rekenen op weer een mooi jaar voor aandelen zijn er toch een aantal factoren te benoemen die roet in het eten kunnen gooien. Hieronder vindt u vijf redenen waarom het op de beurs in 2014 weleens anders kan verlopen dan menigeen voor ogen heeft.

China

De laatste weken doen er steeds meer geruchten de ronde dat het met de Chinese banken niet onverdeeld goed gaat. De interbancaire rente (rente die banken aan elkaar rekenen) liep sterk op en dat is vaak een veeg teken. De Chinese beurs lag in december zwaar onder druk, half december sloot de beurs voor de negende dag op rij lager.

China is voor ons eigenlijk een black box, de informatie die we krijgen is nauwelijks te controleren. Niet alleen door de moeizame taalbarrière, maar vooral het ondoorzichtige beleid van de Chinese regering is er verantwoordelijk voor dat de Westerse beleggers min of meer in het duister tasten als het op China aankomt. Wat we wel zeker weten is dat een plotseling barsten van de liquiditeitsbubbel in China serieuze gevolgen heeft voor onze economie, en dus beurzen.

De Amerikaanse rente

De Amerikaanse rente sprong afgelopen zomer ineens omhoog van 1.8 naar 3% toen de FED, de Amerikaanse centrale bank, het T-woord, Tapering, liet vallen. Met Tapering wordt bedoeld het geleidelijk aan terugschroeven van de stimuleringsmaatregelen. U weet wellicht dat Uncle Sam, of eigenlijk Uncle Ben, momenteel voor $85 miljard per maand aan staatsobligaties en asset-backed mortgage securities (pakjes hypotheken) uit de markt trekt. Dit stimuleert de geldhoeveelheid waardoor rentes laag staan. Wanneer dit stopt zal de vraag naar vooral staatsobligaties drastisch dalen, waardoor de rente flink omhoog kan. Momenteel staat de Amerikaanse rente stabiel op 3% en mocht het nog een half tot heel procentje stijgen dan zijn de US Treasuries weer een stevig alternatief voor de aandelenmarkt. Risicoloos 4% of een aandelenmarkt die al 5 jaar oploopt is dan voor veel beleggers een eenvoudige keus.

Een crash in goud

De goudprijs staat onder enorme druk sinds september 2011. Sinds het hoogtepunt boven de $1900 is goud langzaam maar zeker aan het wegzakken. De interesse voor goud van angstige beleggers die geloofden in een financieel Armageddon (eerlijk is eerlijk, dat Armageddon is er bijna geweest in het weekend van 16 september 2008) is tanende en maandelijks vloeit er geld uit de goud-ETF’s richting de aandelen.

Toch staat de goudprijs nog steeds 50% hoger dan in 2008 en zelfs 200% hoger dan in 2003. Volgens technisch analisten is de bullmarkt in goud voorbij. Hoewel de stijgende goudprijs de eerste dagen van 2014 de goudgoeroes weer wat kleur op de wangen toverde zou een licht herstellende wereldeconomie de goudgelovers nog meer wind uit de zeilen kunnen nemen waardoor de vraag vanuit monetair perspectief meer en meer zal afnemen. Goud richting $800 zou een minicrash in grondstoffen kunnen veroorzaken wat op zijn beurt weer flinke gevolgen kan hebben voor de beurzen.

Griekenland

Bij de meeste Europese politici is het inmiddels wel duidelijk dat de kans dat de Grieken hun staatsschuld ooit gaan aflossen even groot is als de kans dat PSV dit jaar nog landskampioen wordt. Griekenland heeft 11 miljoen inwoners en het is simpelweg onmogelijk om met zo’n kleine economie dergelijk grote bedragen op te kunnen hoesten. De overige landen zullen dus ooit moeten overgaan tot het afstempelen van de Griekse staatsobligaties. Natuurlijk zullen ze de hete aardappel liever doorschuiven naar de toekomst maar het zou zo maar kunnen zijn dat er een moedige, niet door opiniepeilingen gedreven leidsman tussen zit die dit varkentje durft te wassen. De vraag is dan natuurlijk welk effect dit al hebben op de schuldeisers, maar ook wat er zal gebeuren met de Spaanse, Italiaanse en Ierse schulden. Nu hebben veel Europese banken de euvele moed gehad staatsobligaties te kopen met het goedkope geld van de ECB. Als diezelfde staatsobligaties straks voor de helft afgestempeld kunnen worden kan er weer een heel regiment banken genationaliseerd worden, met alle gevolgen van dien.

Inflatie

De grootste bedreiging voor de beurs vormt in mijn ogen de langzaam maar zeker terugkerende inflatie. Inflatie is gewenst door de centrale banken omdat het de schulden vermindert. Wij denken bijvoorbeeld dat de huizenprijzen stijgen, maar in feite wordt ons geld minder waard. Door de enorme stimuleringsmaatregelen van de centrale banken is het bankensysteem helemaal volgepompt met goedkoop geld. Omdat banken nog huiverig zijn met het uitlenen van dat geld, is er momenteel nog nauwelijks inflatie. Dat gaat veranderen als banken zich weer wat comfortabeler gaan voelen en het bedrijfsleven (en de particulieren) weer gaan voorzien van de nodige kredieten. Als de omloopsnelheid van het geld omhoog gaat, is inflatie nooit ver weg. 2 tot 3% inflatie is zeer gewenst, maar wanneer de geest eenmaal uit de fles is, is het vaak moeilijk om hem er weer in te krijgen. Daarom is het bewust creëren van inflatie een gevaarlijk spel. Een te hoge inflatie moet worden afgeremd door het verhogen van de rente en dat is nou net wat we niet kunnen gebruiken.

Andere gevaren

Natuurlijk zijn er ook nog andere gevaren. Oorlogen, terrorisme en natuurrampen kunnen spelbrekers zijn. Voor de meeste beleggers echter geldt dat er momenteel een hele goede reden is om te geloven dat de beursrally nog wel even doorgaat. De centrale banken zijn begonnen aan een mission impossible en zijn inmiddels al zover gevorderd dat falen geen optie meer is. Er zullen dus bij elk zuchtje tegenwind nieuwe maatregelen worden aangekondigd. De VS, Japan en de ECB gaan de markten overspoelen met nieuw geld mocht het weer even tegenzitten.

 Maar misschien is dat nu juist de grootste bedreiging van allemaal.

 
Categorie Financieel Advies